Er worden vaak externen ingezet in de ziekenhuiszorg. Externen zijn niet-permanente werknemers om aan de doelstellingen van het ziekenhuis te kunnen voldoen. Maar wanneer zet je deze externen precies in als planner? Wat zijn de voordelen, maar vooral ook de nadelen? In deze blog geven we antwoord op deze drie belangrijke vragen.
Het inzetten van externen kan verschillende redenen hebben. Het kan bijvoorbeeld nodig zijn om tijdelijk extra personeel in te huren om piekmomenten op te vangen, zoals tijdens de vakantieperiode of bij een toename van de zorgvraag. Ook kan het zijn dat bepaalde kennis of expertise niet in huis is en dat externe specialisten ingeschakeld moeten worden om deze kennis te leveren.
Er zijn verschillende voordelen van het inzetten van externen in de ziekenhuiszorg, waaronder:
Het inhuren van externen biedt ziekenhuizen de mogelijkheid om hun personeelsbestand snel aan te passen aan veranderende omstandigheden, zoals seizoensgebonden drukte, plotselinge ziekte of verlof van medewerkers of het opvangen van een piek in de vraag naar zorg.
Het inwerken van nieuwe medewerkers kan veel tijd en personeel kosten. Door externen in te huren, kan het ziekenhuis deze kosten vermijden en het personeel direct inzetten.
Externen kunnen de werkdruk van het ziekenhuispersoneel verminderen en zo de kwaliteit van zorg verbeteren. Dit kan leiden tot een betere patiënttevredenheid en betere zorg op lange termijn.
Externen brengen vaak nieuwe perspectieven en ideeën met zich mee, die wellicht kunnen bijdragen aan het verbeteren van processen en de kwaliteit van zorg.
Het inhuren van externen kan ook nadelen met zich meebrengen. Allereerst: de kosten. Het inhuren van externe medewerkers kan duur zijn, vooral als ze werken voor bemiddelingsbureaus die extra kosten in rekening brengen. Dit kan de totale kosten van de zorg verhogen.
Daarnaast kan de inzet van externen de continuïteit van de zorg in gevaar brengen. Externen zijn niet altijd bekend met de specifieke procedures, protocollen en met name de cliënten van het ziekenhuis, wat kan leiden tot inconsistenties in de zorg.
Tot slot zorgt het inhuren van externe medewerkers voor extra administratie, zoals het opstellen van contracten en het regelen van betalingen. Dit verhoogt de werklast van het personeel en beïnvloedt de efficiëntie van de zorg.
Bij het afwegen van de keuze tussen het inzetten van externen of het aannemen van extra vast personeel, is het belangrijk om rekening te houden met de voortdurende veranderingen in de wetgeving. Neem als voorbeeld de Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB).
Met de invoering van de WAB op 1 januari 2020 zijn de verschillen tussen vaste en flexibele arbeidscontracten verkleint waardoor het voor werkgevers aantrekkelijker is om werknemers in vaste dienst te nemen. Zo moeten werkgevers bijvoorbeeld vanaf dag één van de arbeidsovereenkomst een vast aantal uren per week aanbieden aan oproepkrachten.
Daarnaast kan ook de aanpak schijnzelfstandigheid roet in het eten gooien voor zorgorganisaties. Zeker als je al met veel zzp’ers werkt, is het aan te raden om je eigen positie in kaart te brengen en waar mogelijk al stappen te zetten om schijnzelfstandigheid te voorkomen.
Kortom, het gebruik van externe krachten in de ziekenhuiszorg is een gangbare praktijk, die nuttig kan zijn om in de personeelsbehoeften te voorzien. Het blijft echter belangrijk om een goede balans te houden tussen eigen personeel en externe krachten. Dit kan bijvoorbeeld door het investeren in opleiding en bijscholing van eigen personeel, of door het opzetten van netwerken van samenwerkende ziekenhuizen om kennis en personeel te delen.